Lieve lezer, Ik kijk graag naar kathedralen – zowel in het echt als op het internet via mijn telefoon. Ik word rustig van ze. Ik denk dat het iets met symmetrie te maken heeft, hoewel ik het misschien ook wel spannend vind me voor te stellen hoe ik met lompen aan en drie tanden sta te kijken hoe zo’n gevaarte uit de grond wordt gestampt in – bijvoorbeeld – middeleeuws Rouen. Ik ruik het vocht in de kathedraal van Rouen en de wierook die de stenen vet en zwart heeft gemaakt. Ik klik door foto’s en waan me binnen. Mijn rusteloze geest wenst helaas liever door corona-liveblogs te doomscrollen. Mijn vingers kanaliseren het verlangen door wellustig R-A-M-P in te tikken op mijn telefoon. Tijd om mezelf te alarmeren. Catastrofe in lijstjesvorm ontvouwt zich in aflopende orde van vreselijkheid. De Delftse Donderslag van 1654! Straf van God, klonk het. Een kruithuis, neergeplempt op de plek waar eerst een clarissenklooster stond, explodeert en doet de glas-in-loodramen van de Oude en de Nieuwe Kerk onheilspellend springen! Mannen, vrouwen en kinderen komen te overlijden. Ik denk plots aan Werner Herzog die duizenden ratten door Delft – stand-in voor Wismar – wilde laten rennen tijdens de productie van zijn horrorfilm Nosferatu the Vampyre (1979), maar op z’n kop kreeg van de burgemeester. De melancholische hoofdrolspelers Klaus Kinski en Isabelle Adjani mochten wel worden losgelaten op de Markt in Delft waar de Nieuwe Kerk prijkt. Dat leidde tot mooie, mistige scènes van een noodlot tartend banket, te midden van de plaag die de titelvampier heeft meegebracht naar de stad. Actueel, denk ik. Ik besluit om naar Delft te reizen en ook over de Markt te banjeren, stiekem spelend dat ik Isabelle Adjani ben in lange mantel met verschrikt gezicht. Dan bedenk ik dat zo’n reisje het tegenovergestelde van noodzakelijk is. Stemmig mondkapje terug in de la. Plaatjes kijken dan maar, van kathedralen. Rijk Kistemaker Redacteur |