“Ik ben ooit begonnen als inkoper op de Botlek in Rotterdam, bij Vopak. Nadat daar een aantal incidenten met tanks waren gebeurd draaide alles daar om veiligheid. Vanaf dat moment gingen we niks meer kopen wanneer het niet veilig was. En dat is nu eigenlijk in de hele inkoopwereld zo. Als iets niet veilig is, dan gaan we het niet kopen. Het hoeft niet eens meer benoemd te worden als wens. Waarom geldt dat niet voor duurzaamheid? Moet het niet zo zijn dat we iets niet willen kopen, omdat het niet duurzaam is?” Zo vraagt Karin van Ijsselmuide, kennismanager de NEVI, zich af tijdens een debat over maatschappelijk verantwoord inkopen op de NEVI Ledendag.
Alle deelnemers aan het debat zijn eensgezind: duurzaamheid moet inderdaad het nieuwe normaal worden in de inkoopwereld. Maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Waarom vinden zoveel organisaties het lastig om zich hier op aan te passen? Jolien Grandia heeft als universitair docent aan de Erasmus Universiteit Rotterdam onderzoek vanuit het perspectief van organisatieverandering gekeken naar de bewustwording rondom duurzaam inkopen. Zij stelt dat een transformatie naar duurzame inkoop betekent “dat organisaties zich moeten aanpassen, En mensen vinden verandering niet zo fijn. Het is dus niet zo raar dat er nog weinig vooruitgang is geboekt.”