| "Wie heeft er niet eens in een bootje langs mij gevaren? De wind zien jagen door mijn pluimen of zich verwonderd over het leven dat schuil gaat tussen mijn stengels? Ik ben de bonte kraag van iedere sloot en blaast de wind, dan maak ik een diepe buiging. Mijn stugge stengels zijn zelfs u van dienst, als dakbedekking, schutting en wat al niet meer. Ik keer er mijn blad niet voor om." |