Beste Do, Compleet kwijt zijn wat je nu zelf nog wil. En overvallen worden door de vraag ‘En wat zou jij nu willen?’. Dat overkomt ons hopelijk allemaal wel eens, want anders ben je altijd wel heel erg zeker van je zaak en ben je weinig toegankelijk. Maar wat als je dat gevoel van niet-weten hebt als een constant iets in je leven, dat je niet meer weet wat je zelf nu wil. Daarover gaat het in dit artikel. Vriendelijke groet, Hilda Lemaire Artikel: "Wat wil je nou?!" | Niet meer weten wat je wil in plaats van wat je moet. Ad* klopte met die vraag aan. Ad is een welbespraakte man, formuleert zorgvuldig, luistert aandachtig en is vol goede wil. “Ik voel me onmachtig in het nemen van de regie in mijn eigen leven, ik ben voortdurend bezig met ‘als mensen maar geen last van me hebben’. Daar zat ik aan te denken toen ik vanmorgen naar jou reed. Het houdt me al langer bezig, en nu moet het er dan maar eens van komen.” Zo begon ons eerste gesprek. Ad had zich goed voorbereid om mij een juist beeld te geven van de situatie waar hij in zit. Vertelde over de situatie thuis, zijn vrouw steeds meer lichamelijk beperkt door een spierziekte, een puberende dochter die zich verzet, werk wat veel van hem vraagt. Ad somt veel wetenswaardigheden op die duidelijk maken dat het hem teveel wordt. Als ik hem vraag wat hij zichzelf ziet doen, kijkt hij me een beetje niet-begrijpend aan. “Als je jezelf op het filmdoek zou zien, wat zien we dan als we naar jou en je leven kijken.” Hij grinnikt wat ongemakkelijk, “Ja, ja, ik doe het niet goed he …” “Ben je daar bang voor?” Het is even stil, en ik licht mijn vraag toe: “Je vertelde helemaal in één van je eerste zinnen dat je niet wil dat mensen last van je hebben. En toen dacht ik, ik kan me voorstellen dat je dan bang bent het fout te doen. Maar vul me maar aan als het net wat anders voor je is.” Dit helpt Ad om van wát er allemaal in zijn leven speelt zich te bewegen naar hóe dit alles voor hem is. “Ik zie mezelf druk zijn, en de nachten breng ik haast wakend door, piekeren wat ik kan doen opdat onze dochter zich niet vervreemdt van ons, hoe ik vraagstukken op werk kan aanvliegen. Ik sta vroeg op om één en ander voor mijn vrouw alvast op orde te brengen. Eigenlijk ben ik de hele tijd aan het organiseren. Nou ja, dat is ook mijn vak, alleen adviseer ik dan organisaties hoe ze zich beter kunnen organiseren ……” We grijnzen allebei om deze laatste toevoeging. *Situaties komen overeen met mijn praktijk, maar namen en concrete ervaringen vanzelfsprekend nooit. Een sprongetje in de tijd naar vroeger. Ad komt uit een mentaal gewelddadig gezin. Je moest erg op je woorden letten. Zijn vader was juridisch sterk onderlegd. Moeder was veel ziek. Verder geen broers of zussen. De vader van Ad kon onverwachts fel uit de hoek komen, vernederend naar Ad en zijn moeder als ze iets niet wisten. Dat kon over van alles gaan, variërend van waar de huisagenda lag tot wat er zich afspeelde in de wereld. Zo leerde Ad wel te doen wat nodig was zodat de sfeer goed bleef. Niet-weten was gevaarlijk. Geleerd snel te handelen, dat wist je dat hielp. En altijd loyaal blijven. Een gevaarlijk woord, want er zit zoveel moois in loyaliteit maar het kan zo verschuiven naar niet meer weten wat goed voor jezelf is. Opgroeien in geweld situaties veroorzaakt vaak dat je jezelf ook geweld gaat aandoen. In de vorm van negeren van je behoeften bijvoorbeeld. Ad is zich aan het uitspreken, dat voelt veilig hier. Vrij om te overdenken, wetend dat er hier niemand is die partij kiest. En hij wordt geholpen om daarop te reflecteren. De metafoor van het filmdoek hebben we vaker gebruikt, wat zie je jezelf doen. En dan gevolgd door de vraag, en wat vind je daar nu van als je zo kijkt. Loskomen van wat wenselijk voor anderen is. In de situatie van Ad betekent dit dat hij zijn vrouw meer aan het vertellen is over zijn zorgen, hoe het hem ook te veel dreigt te worden. Ze had het al lang aan hem gezien maar hij was onbereikbaar voor haar geworden. Het is niet gemakkelijk zo praten met elkaar en het is wel waarachtiger. Doet hen beiden meer recht. Toon Tellegen (dichter en schrijver) verwoordt het zo in zijn gedicht: De een zei, heel zachtjes: ‘Zal ik maar weggaan?’ ‘Ja,’ zei de ander, nog zachter. . ‘Zal ik nog terugkomen?’ vroeg de een, bijna onhoorbaar. Ja, dacht de ander en schudde haar hoofd. Het kan te eng zijn om te zeggen wat je wil. En een tussenstap zou mogen zijn ‘ik weet het niet’, en dat die ander dat eens even zou kunnen verdragen. Of misschien wel mee wil dragen, dat niet-weten. Dat je ruimte krijgt om te verkennen wat er is in dat niet -weten. Weet maar dat dit iets heel groots kan zijn. Ik wens je fijne plekken waar je je kan uitspreken en niet alles hoeft te weten. Tot de volgende keer. Vriendelijke groet, Hilda Lemaire PS Boekje SamenLeven blijft in de sale (€ 5,-), klik hier Hilda Lemaire 06 242 13 059 www.doenenlaten.com Ken je anderen voor wie dit artikel interessant kan zijn? Mail hem gerust door, graag zelfs. Copyright © Hilda Lemaire. Alle rechten voorbehouden. Artikelen of delen hieruit mogen elders gepubliceerd worden, maar alleen op o.v.v. het copyright en de naam van de website. Abonneren op de gratis maandelijkse artikelen? Dat kan via www.doenenlaten.com | |