De Amerikaanse president Donald Trump is 73. Zijn belangrijkste democratische uitdagers Joe Biden en Bernie Sanders zijn respectievelijk 77 en 78. Mitch McConnell, de voorzitter van de Amerikaanse Senaat, is 79. Nancy Pelosi, de voorzitter van het Huis van Afgevaardigden, wordt later deze maand 80. Amerika blijft voorlopig een gerontocratie, schreven we woensdag. 'Gerontocratie is familie van plutocratie. Wanneer macht wordt geconcentreerd in de handen van ouderen die daarbovenop ook nog eens rijk zijn, zal dat altijd leiden tot een beleid dat ouderen en rijken bevoordeelt, ten koste van de minder bevoorrechten. […] Dat jongeren kunnen wegen op een regering met een gemiddelde leeftijd van meer dan 70 jaar is onwaarschijnlijk. Oud bestuur is vaak slecht bestuur. Bij het einde van de Koude Oorlog was een vaak gehoorde kritiek op de U.S.S.R. dat het land aan het afbrokkelen was omdat het Sovjetpolitbureau te oud was en niet begreep dat de wereld veranderde. Onderzoek wijst uit dat cognitieve achteruitgang meestal versnelt eens de leeftijd van 70 is bereikt. Zonder kiezers of werkgevers te willen oproepen tot leeftijdsdiscriminatie lijkt het riskant om belangrijke kwesties inzake leven, dood en welzijn over te laten aan een groep zeventigers, die de biologisch voorspelbare cognitieve achteruitgang aan den lijve ondervinden.
Ten slotte is de belangrijkste uitdaging waar de VS en de wereld mee geconfronteerd worden - de klimaatverandering - een zaak van alle generaties. Oplossingen vinden vereist een vooruitziende benadering van diplomatie, innovatie en technologische inzet, die een krakerig oud land onmogelijk kan bieden. Deze crisis heeft dringend de inbreng en ideeën nodig van de generaties die meest door de klimaatverandering zullen worden getroffen. Als een regering van ouderen, voor ouderen en met ouderen niet van de aardbol verdwijnt, dreigt de rest daar de gevolgen van te ondervinden.'
Derek Thompson, in The Atlantic |